[1] In tanta tamque corrupta civita

[1] In tanta tamque corrupta civitate Catilina, id quod factu facillumum erat, omnium flagitiorum atque facinorum circum se tamquam stipatorum catervas habebat. [2] Nam quicumque impudicus, adulter, ganeo manu, ventre, pene bona patria laceraverat, quique alienum aes grande conflaverat, quo flagitium aut facinus redimeret, [3] praeterea omnes undique parricidae, sacrilegi, convicti iudiciis aut pro factis iudicium timentes, ad hoc quos manus atque lingua periurio aut sanguine civili alebat, postremo omnes quos flagitium, egestas, conscius animus exagitabat, ei Catilinae proxumi familiaresque erant. [4] Quod si quis etiam a culpa vacuus in amicitiam eius inciderat, cotidiano usu atque illecebris facile par similisque ceteris efficiebatur. [5] Sed maxume adulescentium familiaritates appetebat: eorum animi, molles etiam et aetate fluxi, dolis haud difficulter capiebantur. [6] Nam ut cuiusque studium ex aetate flagrabat, aliis scorta praebere, aliis canes atque equos mercari, postremo neque sumptui neque modestiae suae parcere, dum illos obnoxios fidosque sibi faceret. [7] Scio fuisse nonnullos qui ita existumarent, iuventutem quae domum Catilinae frequentabat, parum honeste pudicitiam habuisse; sed ex aliis rebus magis quam quod cuiquam id compertum foret, haec fama valebat.

Resultaten (Nederlands) 1:

[1], in zo groot en zo corrupt, Catilina, op het feit dat te doen was gemakkelijk, als het ware, door een troep over hem, elke vorm van schuld en criminaliteit had hij. [2] Want zovelen als zijn schaamteloos, de overspelige, wellusteling de hand, buik, en bijna werd gemangeld door eigendom van hun vader, en die opgehitst grote schulden, een schande of een misdrijf, daarnaast, [3] Bovendien zijn alle verraders waren aan alle kanten, en de goddeloze,zijn veroordeeld in de rechtbank of de proef voor hun daden bang dat ze zou hand en tong, wie de meineed en burgerlijke broils, en ten slotte allen die schande, armoede, criminaliteit doorgereden, bewust van de geest, geassocieerde deelnemingen en intieme vrienden waren het dichtst bij hem, Catilina. [4] dat als een man viel in zijn in zijn vriendschap, vrij van schuld en verleidingen zou het dagelijks gebruik van een paar van gelijk aan de anderen.[5] met jonge mannen, maar vooral voor nauwe metgezellen: hun eigen gevoelens, en de leeftijd van de zachte kwestie van ook, door bedrog zonder moeite. [6] Bijvoorbeeld, uit de studie van elk verbrand met een passie, aan anderen, aan prostituees, honden en paarden zorgen voor anderen om te kopen, en uiteindelijk naar kosten noch zijn eigen respectabiliteit, sparen zolang ze afhankelijk zijn en trouw aan zichzelf. [7] Ik weet dat er een aantal die dus dacht geweest,het huis van de jeugd, die regelmatig bezocht Catilina, een kleine hoeveelheid eigen bescheidenheid te hebben gehad, maar om andere redenen dan dat iedereen redenen zou zijn dat het werd gevonden, ooit had durven te praten over deze dingen.