1. ‘Spem nominis immortalis, sem g

1. ‘Spem nominis immortalis, sem gloriae semer habere debetis,’ dixit dux militum. Spes autem ducis ipsius parva erat .
2. Hoop naam onsterfelijk,
3. Nihil novi narratis.
4. Cives diu tacebant, quia timor insidiarum magnus erat.
5. Parentes magnum amorem filiorum filiarumque saepe habent.
6. Quamquam Hannibalem metuebat, timorem Hannibalis non ostendebat.
7. Multi homines timorem mortis habent.
8. Amor parentium vestrorum magnus est.
9. Finis vitae mors est.
10. Timorem Gallorum apud Romanos magnum fuisse dicunt.

Resultaten (Nederlands) 1:

1. "Zijn naam onsterfelijk, je moet altijd een hoop der heerlijkheid," zei de kapitein. En hoop was een klein algemeen, na zijn.
2. Hooper Naama onsterfelijk, 3. niets nieuws verteller.
4. burgers voor een lange tijd zwegen, want de vrees van het perceel was zeer groot.
5. de ouders van een grote liefde voor de zonen en dochters hebben vaak.
6. hoewel Hannibal was bang, had de angst van Hannibal niet op gewezen dat de.
7.veelheid der mensen, de angst voor de dood op hun eigen.
8. de liefde van je ouders is echt geweldig.
9. het einde van het leven is de dood.
10. de angst van de Galliërs, onder de Romeinen was een geweldige traktatie.