Ik kwam, ik kwam, Emmanuel, en
losgeld gevangen Israël,
dat morns in eenzame ballingschap hier
als burger van God de Zoon.
R: Verblijdt u! Verheug me! Emmanuel,
zullen tot u, o Israël!
Ik kwam, O Wijsheid,
dat is hier en bestel alle dingen,
toen ik kwam, de manier van voorzichtigheid
opdat gij onderwijzen en van de heerlijkheid. R.
kwam ik, kom, Adonai,
die naar uw stammen op de Sinaï
gaf hem de wet van de top van
de majesteit, en ontzag. R.
kwam ik, Gij Rod van Jesse stam, vormen
ev'ry vijand met zijn hoef,
bevrijden Uwe eigen uit een tunnel,
en geef ze vict'ry o'er het graf. R.
Wordt vertaald, even geduld aub..