Centesimus iratus est et Agatham semel atque iterum devovet . Tandem in cellam redit . Ollam suam aperit et aureos numerat . Tum : "eheu, amici cari," inquit
Ze wijdt één op de honderd, maar meer dan eens zijn woede ontstak, en Agatha. Tenslotte, de cel terugkeert. Zijn pot met goud, opent, en de nummers. Tum: "Ach, mijn lieve vrienden," zei hij