klampt zich vast aan de hoop dat de Parian marmer;
Vatbaar op de grond, kijkt hij naar zijn ogen, de ster 420
, en waardig van Bacchus, waardig van Apollo; op zijn
gladde wangen, zijn ivoren nek en het
gezicht, de blos vermengd met sneeuwwitte,
het bewonderen van alles waarvoor hij zich heeft bewonderd:
hij de dwaze, en hij wil, hij probeert het, hij zelf is,
Wordt vertaald, even geduld aub..