quae illorum nomina, non satis expl

quae illorum nomina, non satis exploratum habemus . Hoc tantum compertum est, quad auno Domini 1314 peter Alardus de Maersen prior una cum priore Zwollensi, ut interessent elections novi praepositi in Bethleem, vocatus sit 1). Nam haee duo duntaxat monasteria, nostrum videlicet et Zwollense, quod anno 1309 construetum est z), praepositurae Beth- leemensi incorporate erant. An autem Alardus iste in prioratu decesserit, ignoratum est . Invenitur et alias prior nomine Theodricus Schilt 3), anus de an- tiquis, qui prior obiit, sell quoto et quanto tem-
poris spacio praefuerit, nescitur. Eo etiam tempore Ghijsbertus Oude, concanonicus poster, ecclesiam parochialem sanctae Gertrudis Trajectensem, tune noviter4) aedificatam, gubernabat ); et Franciscus

Resultaten (Nederlands) 1:

voornoemde namen wij niet voldoende onderzocht. Dit is alleen waar werd geconstateerd dat, voorafgaand aan de Quad Anno Domini 1314, samen met de vorige Zwollensi Peter Alardus de Maersen, moeten ze deel te nemen aan de verkiezing van de nieuwe officieren van Bethlehem, heette het 1). Alleen voor onderhouden deze twee kloosters, en onze Zwollense namelijk, dat in het jaar 1309 is construetum Z), de prefectuur waren Beth leemensi nemen. Of het nu gaat bovendien Alardus man deed in zijn priorij zonder het verlaten van een testament, dat is onbekend. Vinden, en op een ander moment voorafgaand aan de naam van de Theodricus Schilt 3), een oude vrouw van de an- tique, de eerste man die stierf, verkopen hoeveel en hoeveel tijd
werd hij verdeeld over de ruimte van de poriën, is niet bekend. Op dat moment ook Ghijsbertus Oude, canon poster Parochiekerk van St. Gertrude Utrecht, dan noviter4) gebouwd over); en Francis