Dus de hemelen en de aarde, en al hun heir. 2: 2 En God op de zevende dag klaar was zijn werk dat Hij gemaakt had, en hij rustte op de zevende dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had. 2: 3 En
God zegende de zevende dag en heiligde die: want dat is hij van al had gerust
zijn werk, dat God geschapen en gemaakt. 2: 4 Dit zijn de generaties van de hemelen en de aarde,
toen ze werden gemaakt, op de dag dat de Here God de hemel en de aarde, 2: 5 En iedere
plant van het veld voordat het opgedoken in de aarde, en al het kruid des velds, eer
het groeide: want de Here God had geen regen op de aarde geweest, en er was geen mens
om de aardbodem: 2: 6 Maar een damp was opgegaan uit de aarde, en bewaterd het hele
gezicht van de aarde.
Wordt vertaald, even geduld aub..