Inops, potentem dum vult imitari, p

Inops, potentem dum vult imitari, perit.
In prato quondam rana conspexit bovem
et tacta invidiā tantae magnitudinis
rugosam inflavit pellem. Tum natos suos
interrogavit num bove esset latior.
Illi negarunt. Rursusz intendit cutem
maiore nisu, et simili quaesivit modo
quis maior esset. Illi dixērunt ‘bovem’.
Novissimez indignata, dum vult validius
inflare sese, rupto iacuit corpore.

Resultaten (Nederlands) 1:

Terwijl de krachtige man wil imiteren, en wordt vernietigd.
In de weide kikker zag een os, eenmaal
geïnfecteerd door afgunst en van een dergelijke omvang
rugosam opgeblazen huid. Dan is de verdachte te hebben
vroeg of het was breder dan het was een os.
En ze hebben ontkend. Rursusz is van opzet op de huid van
de grootste inspanning, en van dezelfde niet de weg te zoeken
wie de grootste was. Ze zeiden: 'One'.
Novissimez verliest, hoe sterker hun verlangen om
zichzelf op te blazen, wanneer een laag van het lichaam.