Huius omnis pecuniae coniunctim ratio habetur fructusque servantur: uter eorum vita superarit, ad eum pars utriusque cum fructibus superiorum temporum pervenit.
Een account wordt bijgehouden van alle dit geld gezamenlijk, en de winsten worden gelegd door: welke van hen hebben het overleefd, aan de ene het deel van beide keert samen met de vruchten van de vorige keer.